Categorie archief: Bekende personen

De brug over de Vecht in Ommen (3)

De Brugstraat, Bruggestraat of Grotestraat is ongetwijfeld de oudste straat van Ommen. De straat liep vanaf de doorwaadbare plaats in de Vecht langs de kerk tot aan de Kruisstraat.

 De kruising van de Hessel Mulertbrug in de zestiger jaren. De fietsers en de auto komen uit de Brugstraat. De vrachtwagen komt vanaf de Julianastraat en vervolgt de Vechtstraat richting Zwolle.

Aan de Brugstraat en rondom de kerk vestigden zich de eerste bewoners. Er kwamen langzamerhand neringdoenden en woonhuizen. Na de brand van 1692 was het verboden nieuwe panden met riet of andere brandbare materialen te bedekken. Eind 1800 werd de Brugstraat voor het eerst verhard met kleine veldkeitjes die afkomstig waren van de Lemelerberg. In 1907 is de Brugstraat vanaf de brug tot aan de Kruisstraat voor het eerst bestraat met een meter brede strook klinkertjes in het middengedeelte. Daarna volgden er nog diverse herbestratingen.

Bruggehuis
De eerste brug die de beide Vechtoevers in Ommen met elkaar verbond, droeg het jaartal 1492 en werd gelegd door een van de leden uit het geslacht, dat steeds nauw met het stadje verbonden is geweest: Hessel baron Mulert. Nadien werden er nog vier bruggen over de Vecht gebouwd: in 1689, in 1868, in 1937 en de huidige brug in 1970. De laatste twee bruggen kregen de naam Hessel Mulertbrug. Reeds voor de bouw van de eerste brug over de Vecht werd voor het passeren van de rivier op die plek tol geheven. In 1434 en later in 1447 pachtte de Stad Ommen dit recht van de Bisschop. In 1532 werd een zogeheten Bruggehuis gebouwd, dat in 1758 werd uitgebreid met een Bruggekamer. Lees verder De brug over de Vecht in Ommen (3)

Hessel Mulert naamgever brug over de Vecht in Ommen (2)

De eerste brug die de beide Vechtoevers in Ommen met elkaar verbond, droeg het jaartal 1492 en werd gelegd door een van de leden uit het geslacht, dat steeds nauw met het stadje verbonden is geweest: Hessel baron Mulert.

 De Vechtbrug in 1936.
Zie voor meer afbeeldingen de albums “Vechtbrug – Voorbrug”, “Vechtbrug – Stad(huis)” en “Opening Pr. Julianastraat 1937”.

Nadien werden er nog vier bruggen over de Vecht gebouwd: in 1689, in 1868, in 1937 en de huidige brug in 1970. De laatste twee bruggen kregen de naam Hessel Mulertbrug.

Wat waren ze blij in Ommen toen in 1937 een einde kwam aan het gedaver van boerenwagens en auto’s over de oude ijzeren brug over de Vecht. De komst van een grote nieuwe betonnen brug met eveneens een nieuwe weg aan de oostkant van Ommen zorgde voor minder lawaai en een veel betere en snellere verbinding tussen de zuid- en noordkant van Ommen. Gadegeslagen door veel Ommenaren en muzikaal ondersteund door de muzikanten van Crescendo werd de brug en nieuwe weg officieel opengesteld op 29 september 1937.

Bruggetol
De rijke edelman Hessel Mulert, die tussen 1456 en 1466 schout van Hasselt was, kreeg de opbrengst van de tol van de eerste brug tot het moment dat deze door de stad met 200 Rijnsguldens zou worden afgekocht. In 1497 overleed Hessel Mulert. De stad kreeg daarna toestemming van de Bisschop van Utrecht om iedereen die de brug wilde passeren tol te laten betalen. De stad moest aan de Bisschop hiervoor elf heerenponden per jaar betalen. De betaling van de tol geschiedde meestal in natura. De zogeheten bruggerogge. De bruggemeester/tolgaarder zorgde voor het innen van de tol en moest tevens “de brugge met den bessem schone maken en klaar houden”. De inwoners van de stad waren vrijgesteld van de tolheffing. De boeren buiten Ommen moesten naar draagkracht betalen, afhankelijk van het aantal paarden dat men bezat. Een “volle boer” met meer dan twee paarden betaalde een schepel klare rogge. Een “halve boer” met één of twee paarden betaalde een halve schepel en keuterboeren zonder paard zeven stuivers. Voor de boeren vormde de vereiste levering van “klare rogge” geen enkel beletsel om het slechtste deel van hun oogst af te staan Lees verder Hessel Mulert naamgever brug over de Vecht in Ommen (2)

Hessel Mulert naamgever brug over de Vecht in Ommen (1)

Er zijn veel Vechtbruggen, maar er is één Hessel Mulertbrug. Die ligt in Ommen over de Vecht.

Oorkonde. 1937. “Ter gelegenheid van de opening der nieuwe Vechtbrug zijn twee monumentale bruglantaarns aangeboden door de Burgerij van Ommen aan het Gemeentebestuur. Ommen 29 sept. 1937 Het Comité“.
Klik op deze link voor meer foto’s van de brug over de Vecht

Hessel Mulert
De naamgever van de brug is Hessel Mulert, die in 1492 het initiatief nam om een brug te leggen om boeren, burgers en buitenlui een overtocht te bieden zonder natte voeten. Tot dan aan toe ontbrak een brug in Ommen en moest met ponten of schuiten de oversteek naar de overkant van de rivier gemaakt worden. De huidige brug over de Vecht dateert uit 1970. Toen ook zijn de wegen bij de brug verbreed en is de doorgaande weg over de Markt aangelegd. Daarvoor moesten enkele (winkel)panden verdwijnen, waaronder het vroegere Kantongerecht. Alle eerdere bruggen lagen aan de westkant van hotel De Zon, tussen Voorbrug en de Brugstraat. De laatste Hessel Mulertbrug werd in 1937 officieel geopend en is in 1970 afgebroken ter vervanging van de ijzeren ophaalbrug die tussen 1866 en 1936 dienst heeft gedaan als oeververbinding tussen de zuid- en noordkant van Ommen.

Lees verder Hessel Mulert naamgever brug over de Vecht in Ommen (1)

In memoriam Dieks Horsman (1930 – 2021)

Tot op het laatst actief, maar dinsdagmorgen 2 november 2021 kwam plotseling een einde aan het leven van de 91-jarige Dieks Horsman uit Dalmsholte.

 Archieffoto uit 2020 van Dieks Horsman toen hij 90 jaar werd.
Foto: Harry Woertink

Dieks was een bekend persoon als het gaat om de kennis van de historie van Ommen. Geschiedenis was een grote liefhebberij van Horsman die er dan ook regelmatig over schreef in het Ommer historisch tijdschrift De Darde Klokke.

Geboortehuis
Geboren als Fredrikus Horsman op 31 maart 1930 woonde Dieks met zijn vrouw in zijn geboortehuis aan de Dalmsholterweg. Hij trouwde op 16 april 1964 met Diene Endeman. Het echtpaar kreeg zeven kinderen. Toen Horsman in 1998 stopte met zijn boerenbedrijf was stil zitten niks voor hem. Hij werd actief bij de historische vereniging in Ommen en had zitting in de werkgroep die zich bezig hield met het inventariseren van boerderijen en veldnamen. Met name zijn kennis over de geschiedenis van Ommen en de buurtschappen had zijn grote interesse. Vanachter zijn laptop schrijft Horsman die geschiedenis op. Heel wat verhalen zijn van zijn hand verschenen in De Darde Klokke. Ook in het nog uit te komen en juist gedrukte nieuwste nummer van De Darde Klokke is nog een bijdrage van zijn hand over de buurtschap Ommerkanaal.

Kennis van geschiedenis
Zijn kennis van de geschiedenis is ook bij anderen niet onopgemerkt gebleven. Dieks mocht regelmatig samen met zijn vrouw op pad voor een diapresentatie over historische boerderijen. In de loop van de jaren werden in de regio ruim 100 bijeenkomsten bezocht. Ook was Horsman regelmatig in het Streekmuseum om rondleidingen te geven. “De interesse in de geschiedenis zat er bij mij al heel vroeg in zonder dat ik dat zelf in de gaten had. Als we als schoolkinderen naar de lagere school over de Lemelerberg liepen was ik bezig met gedichten of met het vertellen van verhaaltjes. Het schrijven, vertellen en lezen is altijd gebleven”, vertelde hij ooit. Op late leeftijd schafte Horsman zich nog een laptop en een printer aan. Eerder schreef hij alles met de hand, maar dan moesten anderen het weer overtypen. Lees verder In memoriam Dieks Horsman (1930 – 2021)

Willem Lampe neemt afscheid van NS

OMMEN – Stukjes schrijven voor het Ommer Nieuws blijft hij nog doen, maar de NS is van hem af. Willem Lampe (62) ook bekend als Lampie heeft donderdag 12 augustus 2021 afscheid genomen bij de Nederlandse Spoorwegen.

 Willem Lampe neemt na 40 jaar afscheid van de NS
Foto: Harry Woertink
Zie ook het album “Willem Lampe -> afscheid van NS

40 jaar
Veertig dienstjaren bij de Nederlandse Spoorwegen was voor Lampe lang genoeg. Na zijn laatste werkdag in Zwolle wachtte collega’s, sportvrienden en familie hem op bij het NS-station in zijn woonplaats Ommen. Dat bleef bij velen niet ongemerkt. Behalve spandoeken, toeters en vlaggen op het perron werd zijn afscheid ook in de trein door de conducteur aangekondigd. Bovendien stond hem op het station in Ommen een extra verrassing te wachten. Het oude wissel- en seinblok, waarop Lampe in 1981 is begonnen was voor hem klaargezet op het perron. Het museale ding belandde in 1987 in het streekmuseum toen de lijn Zwolle-Emmen geëlektrificeerd werd. Nieuwbouw van het streekmuseum staat het wisselblok in de weg. Daarom ontfermde molenaar Anton Wolters zich erover. Wolters was graag bereid om het blok voor het feestelijke afscheid van Lampe naar het NS-station te brengen. Lampe was beduusd door het grote gezelschap dat hem onthaalde.

Museum
Als oud sein- en loketmedewerker mocht Lampe nog even aan het sein- en wisselblok zitten. “Hoe was het ook alweer?” vroeg Lampe zich af. Na de vernieuwing van de spoorverbinding werd Lampe van Ommen naar Zwolle overgeplaatst en reisde daarom dagelijks met de trein. Om vrij te blijven van avond- en nachtwerk koos hij er voor om zich verdienstelijk te maken bij de afdeling logistiek, die verantwoordelijk is voor het rangeren van de treinen. De in Steenwijk geboren Willem Lampe ook bekend als “Lampie of “Klukluk” is in Ommen een bekend iemand dat hij vooral te danken heeft als columnist voor de weekkrant het Ommer Nieuws waarin hij schrijft over alle dingen van de dag, maar ook kritische noten niet achterwege laat. Ook voor de krant en de voetbal verzorgt Lampe sportberichten. Verder heeft hij als passie de hengelsport. Lees verder Willem Lampe neemt afscheid van NS

De burgemeesters van Ommen

Tot vóór 1811 werd Ommen bestuurd door ‘burgemeesteren’ en ‘gemeentslieden’. De burgemeesteren bestond uit vier schepenen en vier raden. Het aantal gemeentslieden was acht.

 Foto uit 2013 van 6 oud burgemeesters, met van links naar rechts: Ter Avest, Elfers, Knoppers, Ahne, Kobes en Kok (periode 1974 – 2015).
Zie ook de albums “Burgemeesters” en “Familiewapens Ommer burgemeesters”.

De gemeentslieden bezaten hun ambt levenslang, zoals ook de secretaris. Jaarlijks werden de burgemeesteren verkozen. Tijdens de Franse republiek (1795 – 1813) werd een nieuwe bestuursorganisatie ingevoerd. Door Keizer Napoleon werd in 1811 voor de stad en kerspel Ommen aangesteld Johannes Amama Chevallerau. Naast hem waren er twee wethouders. Deze bestuursvorm bleef bestaan tot 1818. Toen werd de maire Ommen gesplitst in de gemeenten Avereest, Stad-Ommen en Ambt-Ommen met aanstelling van ieder een eigen burgemeester. Vanaf 1848 was er één burgemeester voor zowel Stad- als Ambt-Ommen. Op 23 mei 1923 werden Stad-Ommen en Ambt Ommen samengevoegd tot de gemeente Ommen.

De burgemeesters op rij
Stad- en Ambt-Ommen:
1811 – 1818: Johannes Amama Chevallerau.

In 1818 werd de gemeente Ommen gesplitst in de gemeenten Avereest, Stad-Ommen en Ambt-Ommen.
Stad-Ommen:
1818 – 1829: mr. Willem Arnold van Laer;
1829 – 1843: Hendrik Jansen Smit;
1844 – 1845: Jhr. Albert Sandberg;
1845 – 1848: mr. Gijsbert Lucas Geerlig Baron van Fridagh.

Ambt-Ommen: 1818 – 1832:
Johannes Amama Chevallerau;
1833 – 1838: mr. J.H.Dikkers;
1838 – 1848: Jhr. Albert Sandberg. Lees verder De burgemeesters van Ommen

In memoriam drs. Hendrik Carel (Carel) Knoppers 1930 – 2021

Op 91-jarige leeftijd is 19 juni 2021 oud-burgemeester Carel Knoppers overleden. Van 1974 tot 1990 was Knoppers burgemeester van Ommen.

 Archieffoto van Carel Knoppers in 1982.
Foto: OudOmmen
Zie ook het album “1974-1990 – Carel Knoppers

Na zijn pensionering bleef hij wonen in de ambtswoning aan de Stationsweg die hij van de gemeente kon overnemen. Later werd een kleinere woning betrokken aan De Kamp.

Burgemeester
Knoppers studeerde rechtsgeleerdheid aan de Rijksuniversiteit Leiden, waar hij in 1957 zijn doctoraalbul behaalde. Van 1957 tot 1963 werkte hij als planoloog bij de Provinciale Planologische Dienst Noord-Brabant. Op 16 mei 1974 werd drs. H. C. Knoppers, toen 44 jaar, benoemd tot burgemeester van Ommen, als opvolger van mr. Cornelis Pieter van Reeuwijk. Daarvoor was hij burgemeester van Abcoude.

Na zijn benoeming verhuisde het burgemeesters echtpaar Carel Knoppers-Margriet Reitsma naar Ommen, samen met hun tweeling Jet en Jan, die in 1961 ter wereld kwamen. Het ambt van burgemeester begon voor Knoppers in 1963 in Abcoude. In die periode was hij ook secretaris van de Stichting Nederlandse Jeugdherbergcentrale en lid van het CHU, later het CDA. Zowel Carel’s vader als grootvader waren burgemeester, respectievelijk van Heteren en Meppel.

Knoppers entree in Ommen zorgde voor nogal rumoer in de gemeenteraad van Ommen. Aanleiding was het collegevoorstel om Knoppers bijna een hectare bos te verkopen in de Wolfskuil voor de bouw van een nieuwe woning. Verschillende raadsleden vonden een kavel van 2500 vierkante meter ruim voldoende om de gevraagde privacy van de burgemeester te waarborgen. Na veel geharrewar zag Knoppers uiteindelijk van de aankoop af.

Nieuw gemeentehuis
Onder zijn verantwoording kwam ook in 1982 het nieuwe gemeentehuis aan de Chevalleraustraat tot stand. Niet alles ging gedurende zijn burgemeesterschap over rozen. In de tachtiger jaren rommelde het behoorlijk binnen het ambtelijk en bestuurlijk apparaat van Ommen. Het was stadhuis op stelten en eindelijk barstte de bom toen alle drie de wethouders opstapten en de gemeentesecretaris met buitengewoon verlof was gestuurd. Uiteindelijk keerde de rust terug. Met name ruimtelijke ordening en recreatie waren portefeuilles die belangstelling hadden bij burgemeester Knoppers. Het contact met de bevolking sprak hem ook aan. Samen met zijn vrouw bezocht hij de bruidsparen die 50 of 60 jaar getrouwd waren. Op 3 augustus 2017 vierden Carel Knoppers en Margriet Reitsma dat ze 60 jaar getrouwd waren.

Bron: Harry Woertink – 20 juni 2021

De wielercarrière van baron van Pallandt van Eerde

Rudolph Theodorus baron van Pallandt van Eerde (landgoed bij Ommen) werd in 1868 geboren. Dat was het jaar dat in Deventer de smid Burgers zijn eerste vélocipède bouwde en een jaar later de eerste Nederlandse rijwielfabriek begon.

 De Zwolse vélocipèdeclub Celeritas in 1886. Van links naar rechts: Mr. J.W.N. van Royen, griffier bij het kantongerecht te Doesburg; W. Baron Bentinck, burgemeester van Olst; Mr. J van Riemsdijk, advocaat; Dr. W.A.C. van Laer, contr. geneesheer van de Rijksverzekeringsbank, Zwolle; Mr. A.H. Büchler, advocaat te Assen; Mr. J. De Raaydt, Den Haag; R.Th. Baron van Pallandt, lid eerste Kamer der S-G; mr. C.H. Thiebout, kassier en schoolopziener, Zwolle; Dr. W. Thiebout (trompetter), dokter te Maassluis; J.A. Wilkens, notaris te Haarlem; A. Schaepman, directeur levensverz. mij. Den Haag; Jhr. H.W.A. Sandberg tot Essenburg, burgemeester van Zevenhuizen; Mr. Dr. J.H. van Royen, H.M. gezant te Madrid; Mr. L.J. Rietman, gouverneur secr. van Suriname; H.J.H. Modderman, burgemeester van Naaldwijk.
Foto: ANWB / Theo de Kogel

Een aantal jaren eerder, in 1862, had de Fransman Michaux de eerste met trappers voortbewogen vélocipède gebouwd. Het wielrijden werd in de jaren daarna snel populair, vooral onder de jongeren uit de meer gegoede klasse. Ook Van Pallandt werd enthousiast voor deze nieuwe sport en werd lid van de op 11 maart 1882 in Zwolle opgerichte wielerclub ‘Celeritas’. Op de foto van deze club uit 1886 is te zien dat vooral jongeren uit de hogere sociale klasse lid waren van deze club. In 1888, toen hij ging studeren in Leiden, werd Van Pallandt ook lid van de Leidse studenten-wielerclub.

Van Pallandt werd een verdienstelijk wielrijder die aan veel landelijke wedstrijden meedeed en ook regelmatig in de prijzen viel. Hogenkamp schrijft over hem in het standaardwerk over het begin van de wielersport Een halve eeuw wielersport “Sterk amateur op den weg, die o.a. in 1886, 1887, 1888 het kampioenschap van Nederland op den weg behaalde op driewielertandem met C.H. Thiebout” Carel Hendrik Thiebout was een clubgenoot van hem uit Zwolle.

Wielerwedstrijden
Na de uitvinding van de vélocipède in 1862 werden al rond 1866 de eerste wielerwedstrijden in ons land gehouden. Deze werden vaak gehouden tijdens de kermis. De organisatoren waren volgens Hogenkamp’s Een halve eeuw wielersport (1916) vaak de kastelein van het plaatselijke café en enkele liefhebbers. Het ging in die tijd zeker niet alleen maar om de hardrijwedstrijd. Veel mensen hadden nog nooit een fiets gezien en vergaapten zich aan deze vreemde machines. In de jaren 70 van de 19e eeuw werden de eerste wielerclubs opgericht. Lees verder De wielercarrière van baron van Pallandt van Eerde

Societyhuwelijk in 1958 – Han André de la Porte en Irthe barones van Pallandt

Een “Societyhuwelijk” zo kan het huwelijk genoemd worden van bruid Irthe barones van Pallandt van Eerde en de bruidegom Charles Henri (Han) André de la Porte op zaterdag 30 augustus 1958 in Ommen.

 Heel Ommen lijkt uitgelopen om een glimp van het ‘nieuwbakken’ echtpaar op te vangen, toen de stoet van het gemeentehuis via de Brugstraat naar de kerk liep.
Foto: OudOmmen
Zie voor meer foto’s het album “Huwelijk Irthe van Pallandt x Charles Henri André de la Porte”.

“Ik heb haar nog nooit zo mooi gezien”, vertrouwde de bruidegom zijn omstanders toe, terwijl hij, de bruidsruiker in de hand, in de ochtenddauw die over het landgoed Eerde lag gespreid, zijn bruid op het bordes zag staan wachten. Irthe, dochter van Philip Dirk baron van Pallandt van Eerde en Wilhelmine Marie Voorwijk. André de la Porte is lid van de directie van een handelsmaatschappij Merrem & De la Porte in de hoofdstad terwijl Irthe faam verwierf als ontwerpster van hoedjes voor de haute couture; zij werkte onder meer te Amsterdam, Londen, Parijs en Florence.

Ommen uitgelopen
Het was een huwelijksfeest zoals men zelden meer beleeft. Het leek erop of heel Ommen was uitgelopen om een glimp van het societygebeuren op te vangen. Dat kon ook want de stoet legde te voet de korte weg af van het gemeentehuis naar de kerk. De bruidsmeisjes zijn barones E.A.H. van Harinxma Thoe Slooten en mej. Ivonne Hustinx, de bruidsjonkers zijn graaf H. van Zuylen van Nijevelt en een broer van de bruid.

Trouwjurk zelf gemaakt
Op weg van het gemeentehuis aan de Markt naar de kerk op het Kerkplein waren er kreten van bewondering over vooral het fraaie toilet van de bruid. De creatie van Irthe was ook door haar zelf vervaardigd naar een ontwerp van haar vriend Lion Houtbraken. Een andere vriend vervulde een eveneens essentiële taak op deze dag. Dat was ds. W. Keith Chidester uit Stamford (V.S.), die het huwelijk in de Hervormde kerk mocht inzegenen. De bruidegom kent hem goed uit de zes jaren dat hij in Amerika economie studeerde. Lees verder Societyhuwelijk in 1958 – Han André de la Porte en Irthe barones van Pallandt

Mulert historisch nauw verbonden met Ommen

De naam Mulert is historisch nauw verbonden met Ommen. In 1305 kwam ridder Hessel Mulert met een bende ruiters naar het Oversticht om namens de Bisschop van Utrecht in deze regio orde op zaken te stellen.

 Mevr. Mulert van Pienbroek, zij woonde in de villa “Benvenuta” aan de Voorbrug” (nu parkeerplaats van Ekkelenkamp).
Fotograaf: Herman Wigbels

In het jaar (1492) dat Columbus Amerika ontdekte was het de met Jonkvrouw Niesse van Ruyterborg gehuwde nazaat die voor de eerste oeververbinding in Ommen zorgde. De nakomelingen van Hessel Mulert hebben op verschillende kastelen en havezaten in de omgeving gewoond, zoals de Cranenburg en de Leemcule bij Dalfsen. De familie Mulert evolueerde overigens in de loop van de tijd van roofridder tot notaris en kantonrechter. Het geslacht Mulert wordt nog steeds in herinnering gehouden met de naamgeving van de brug over de Vecht bij Ommen: Hessel Mulertbrug.

Twee takken
Het geslacht Mulert verdeelde zich in twee takken. Een tak trouwden met de Spaanse adel en de laatste afstammeling, waarmede deze tak uitstierf, was Don Mulardo, graaf van Auterippe. De andere tak bleef Overijssel bewonen en is door huwelijk aan nagenoeg alle riddergeslachten van Overijssel en Gelderland verbonden. Uit dezen tak zijn mannen voortgekomen, die op den loop van ’s lands zaken hun stempel hebben gedrukt zoals onder andere Gerard Mulert, vermaard door rechtsgeleerdheid en kunde van krijgs- en staatszaken. Hij was rentmeester van Salland, had zitting in de Geheimen Raad van Keizer Karel V en was stadhouder ad interim onder George Schenk van Toutenburg in Groningen. Sommige van de Mulerts waren Drost en Schout te Lingen (in Westfalen), dat toen een bezit was van de Nassau’s.

Leemcule
In 1640 kwam de Leemcule bij Dalfsen (toen nog een havezate) in het bezit van de familie Mulert. De laatste havezatebewoner was Joachim Ernst Baron Mulert tot de Leemcule, gehuwd met Anna Petronella Gravin van Nassau Woudenberg. De havezate werd in 1812 afgebroken om in 1823 op dezelfde plaats te worden vervangen door het huidige landhuis. Uit het huwelijk Mulert/Woudenberg zijn vier zonen geboren. Twee zonen bleven in Overijssel wonen. De oudste, Jacob Adriaan Mulert tot de Leemcule, was de vader van Frederik Willem Nicolaas Baron Mulert die in Ommen notaris zou worden. Lees verder Mulert historisch nauw verbonden met Ommen